zondag 26 februari 2012

Onze 3 leervragen rond topsport




We hebben drie concrete leervragen afgebakend. Vragen waar we graag een antwoord op

zouden vinden. Deze zijn de volgende:




1) Stoort topsport daadwerkelijk de ontwikkeling bij jonge kinderen?




2) Maken deze kinderen zelf de keuze om aan topsport te doen of niet?




3) Is het voor sommige kinderen noodzakelijk om aan topsport te doen zodat ze kunnen 


   overleven in een bepaalde maatschappij?

Onze voorlopige standpunten

Wij delen hetzelfde eerste standpunt, maar houden er wel een verschillend referentiekader op na.

  1e standpunt: Wij vinden het onverantwoord om zo’n jonge kinderen al zo intensief te laten trainen. Het belemmert hun schoolgaan en hun verdere ontwikkeling op verschillende gebieden.

Referentiekader Valerie: Toen ik de kleuterleeftijd had sportte ik niet. Ik speelde en voor mij was dit al voldoende, mijn ouders dwongen mij ook niet om te gaan sporten. Op latere leeftijd ben ik wel gaan sporten, maar mijn school en gezondheid ging steeds voor. Aangezien ik al veel werk had voor school bleef het bij maar ene uurtje per week. Vrienden van mijn ouders hadden ook kinderen van dezelfde leeftijd, deze hadden een sport MOETEN kiezen. De sport bij hun was niet gewoon bijzaak, deze was erg belangrijk. Er moesten goede prestaties behaald worden en als het moest dan kwam de sport voor de school. Als je zoiets ziet denk je wel twee keer na, je ziet kinderen die moe en vaak ziek zijn, op school niet meekunnen, maar dan wel goede resultaten in de sport behalen. Het is maar wat je belangrijk acht in het leven. De media hierin speelt natuurlijk ook een grote rol. Kinderen moeten perfect zijn, moeten op alle vlakken goed presteren. Sommige ouders gaan hier sneller in mee dan anderen. De media toont natuurlijk ook hoe een negatief effect topsport op je lichaam kan hebben. Kinderen die al last hebben van knieƫn, van hun ellebogen door te tennissen. Topsporters die op hun dertigste al uitgeschakeld zijn.

Referentiekader Silke: Vanaf mijn 4 jaar ben ik beginnen dansen in een dansschool. Dit was twee uurtjes per week ongeveer. Op die leeftijd kon ik nog niet goed zelf beslissen wat ik wou dus volgde ik mijn zus een beetje. Ik danste graag en heb dit tot mijn 16de nog verder gedaan. Daarna vond ik het niet zo leuk meer, en ben ik er ook onmiddellijk mee gestopt. Mijn moeder of vader hebben me dan ook niet gedwongen om verder te doen, ik mocht zelf kiezen wat ik deed. Mijn school ging altijd wel voor het dansen. Als ik een grote taak of toets had, ging ik gewoon niet naar de dansles. Ik ben blij dat mijn ouders mij nooit gedwongen hebben voor aan sport te doen. Kinderen die verplicht worden van thuis doen dit vaak niet graag en zijn ongelukkig. De ouders willen wel goed doen voor hun kinderen, maar willen het zelf veel liever dan hun kinderen zelf. Kinderen die aan topsport doen hebben vaak weinig nachtrust en zitten van ’s morgens tot ’s avonds te trainen. Ook de ouders komen vaak in conflict met elkaar of met de leerkracht van de kinderen. Dat komt omdat ze niet akkoord gaan met beslissingen die de leerkracht maakt, omdat ze willen dat hun kind HET beste is.

Startartikel




Dit filmpje toont voor ons aan, hoe zwaar topsport kan zijn bij jonge kinderen. Ze trainen te hard en te veel op een dag, verwaarlozen hierdoor andere aspecten. Deze aspecten zijn nochtans zeer belangrijk, het draaide hier rond slapen en schoolwerk. Zelfs de moeder kon het niet meer aan. Iets dat ervoor zorgt dat kinderen niet meer slapen en hun schoolwerk verwaarlozen kan niet goed zijn. Bron: http://www.youtube.com/embed/mEkjYWz5il8 (2012-02-26)